‘Begin 2015 werd duidelijk dat het geheugen van mijn vrouw, geboren op 31 oktober 1940, steeds minder werd. Na drie dementietesten, waarbij ze telkens slechter scoorde, werd de diagnose alzheimer gesteld. Haar moeder die dementeerde, had jarenlang in een verpleeghuis gelegen. Mijn vrouw had altijd gezegd dat ze dat niet wilde en samen hadden we al vaker over euthanasie gesproken.
Na overleg met de casemanager dementie van de lokale zorginstelling hebben we ons aangemeld als lid van de NVVE. We hebben beiden een levenstestament laten opmaken en een aanmeldingsformulier voor de Levenseindekliniek (inmiddels Expertisecentrum Euhanasie, red.) ingevuld.
In een gesprek met de huisarts over onder meer de vraag of hij wilde meewerken aan het invullen van dit formulier, hield hij de boot erg af. Hij wilde dit eerst met zijn team bespreken. Raar eigenlijk, want dit zal toch wel vaker voorgekomen zijn in zo'n grote praktijk? Op het aanmeldingsformulier heb ik dan ook maar vermeld dat hij niet wilde meewerken. Later hoorde ik van de casemanager dat hij tegen haar had gezegd “dat overleg met de Levenseindekliniek misschien wel een goed idee zou zijn”.
Niet zo veel ervaring
Bij een huisbezoek van de arts en verpleegkundige van de Levenseindekliniek werd duidelijk dat haar verzoek om euthanasie gehonoreerd kon worden. Ook vertelden zij op een prettige manier hoe de procedure zou verlopen, maar dat het nog wel een paar weken zou duren voordat het zover zou zijn. Vakmensen!
Omdat een oordeel van een geriater nodig zou kunnen zijn, moest de huisarts een verwijzing regelen. Na herhaald aandringen kreeg ik een lijst met telefoonnummers van ziekenhuizen waarmee ik zelf contact moest opnemen.
De eerste twee op de lijst bleken geen geriatrische afdeling te hebben, het derde gelukkig wel. Dus wederom naar de huisartsenpraktijk voor de verwijsbrief, waarbij me werd gevraagd of ik die zelf naar het ziekenhuis wilde brengen. Want: “Wij hebben niet zo veel ervaring met deze situaties”. In een huisartsenpraktijk die al meer dan 25 jaar bestaat!
Wilsbekwaam
Het geriatrisch onderzoek bestond voornamelijk uit een gesprek met de geriater en haar assistent. Al snel werd duidelijk dat, op een korte lichamelijke controle na, geen uitgebreid onderzoek hoefde plaats te vinden. De arts was van mening dat mijn vrouw wilsbekwaam was en geestelijk (en lichamelijk) hard achteruitging. De score uit de gebruikelijke test was 13 punten (van de maximaal 30); dat was echt heel weinig. De arts beloofde haar bevindingen zo spoedig mogelijk aan de huisartsenpraktijk te zullen sturen. Daardoor zou 31 oktober, haar verjaardag, als definitieve datum mogelijk moeten zijn.
In een heel prettig gesprek met de SCEN-arts bleek dat ook hij van mening was dat de wens van mijn vrouw voor euthanasie ‘vrijwillig en weloverwogen’ was en dat ze bij de besluitvorming wilsbekwaam was. Daardoor stond niets de definitieve uitvoering nog in de weg.
Gezellige sfeer
Al vroeg op die 31ste oktober 2017 kwamen de (klein)kinderen en broer om de jarige te feliciteren. Er was koffie en gebak en het leek net of er een echte verjaardag werd gevierd. Ook de kleinzoons vonden dat oma zo normaal deed. Zo zei ze tegen onze schoondochter: “Ik kan straks toch wel hier blijven?” En dan te bedenken hoe erg ze er op tegen was geweest om de tijd tussen het overlijden en de crematie thuis opgebaard te zijn.
Kortom, het was een gezellige sfeer. Prettig natuurlijk, beter dan dat je met z’n allen gaat zitten huilen. Toen de arts en de verpleegkundige van de Levenseindekliniek kwamen, vond mijn vrouw het beter als alleen ik bij de definitieve handelingen aanwezig zou zijn. Niemand had daar uiteraard enig probleem mee.
Duizelig
Die laatste momenten vind ik nog steeds heel bijzonder. Mijn vrouw lag op bed en ons afscheid was eigenlijk best vrolijk. Ik bedankte haar voor de vele goede jaren die we samen hadden gehad. Zij lachte en straalde en dat is ze blijven doen tot ze, direct na het eerste “shot”, in slaap viel.
Ik was verbaasd te zien hoe snel de procedure zich verder ontwikkelde. Na toediening van de eerste dosis zei ze nog: “Ik word duizelig”. Om daarna, na een snurk, in diepe slaap te vallen. Enkele minuten na de tweede dosis was ze overleden. Echt een humane manier van overlijden. Mijn dank gaat uit naar de arts en verpleegkundige van de Levenseindekliniek voor hun professionele en liefdevolle begeleiding.
Het was goed zo. We blijven haar herinneren hoe ze was toen ze alles nog wist en alles nog kon.